Nieuws

Een selectie uit de nieuwsberichten van afgelopen weken:

Belastingdienst stuurt beschikking naar voormalige vof

Twee voormalige vennoten van een supermarkt hebben succesvol geprocedeerd tegen een informatiebeschikking die de Belastingdienst ruim twee jaar na de opheffing van hun vof had opgelegd. Het gerechtshof oordeelt dat de inspecteur daartoe niet bevoegd is.

Informatiebeschikking

Twee vennoten gaan in juli 2015 een vof aan die een supermarkt exploiteert. Per 1 januari 2018 gaan de activiteiten over naar een bv. De vof wordt vervolgens ontbonden en houdt volgens het KVK-register per 1 januari 2019 op te bestaan. Toch geeft de inspecteur op 29 januari 2021 een informatiebeschikking aan de inmiddels niet meer bestaande vof, naar aanleiding van een boekenonderzoek over de periode 2015-2017.

Wanneer houdt een vof op te bestaan?

Volgens vaste jurisprudentie blijft een vof na ontbinding bestaan zolang vereffening en verdeling van het vennootschappelijk vermogen niet zijn voltooid. Echter, als bij ontbinding geen vermogen meer aanwezig is, houdt de vof direct op te bestaan. In deze zaak zijn de activiteiten overgedragen aan de bv, is de beginbalans van de bv gelijk aan de eindbalans van de vof en is het eigen vermogen van de vof ultimo 2017 negatief. Het hof concludeert daarom dat de vof met redelijke zekerheid per 1 januari 2019 is opgehouden te bestaan.

Noodgrepen Belastingdienst

De inspecteur voert tevergeefs aan dat de rechtbank ambtshalve had moeten verifiëren of de vereffening werkelijk was voltooid. Het hof oordeelt dat de rechter volgens normale bewijsregels moet vaststellen of een vof is ontbonden, en niet automatisch mag uitgaan van voortbestaan. Ook het argument dat de aan de vennoten verstuurde afschriften betekenen dat zij persoonlijk gebonden zijn, faalt. De informatieverplichtingen uit de AWR rusten op de vof zelf, niet op de vennoten persoonlijk. Dat vennoten hoofdelijk aansprakelijk zijn voor vof-schulden maakt dit niet anders.

Vennoten krijgen gelijk

Interessant is dat het hof oordeelt dat de voormalige vennoten wel degelijk beroepsgerechtigd zijn. Zij hebben immers afschriften van de informatiebeschikking ontvangen en behoren tot de kring van bezwaar- en beroepsgerechtigden. Dit betekent ook dat zij aanspraak kunnen maken op vergoeding van proceskosten en griffierecht.

Timing in belastingprocedures 

De uitspraak bevestigt dat timing in belastingprocedures cruciaal is. Informatiebeschikkingen kunnen alleen worden opgelegd aan bestaande belastingplichtigen. Bij volledige activiteitenovergang zonder restantvermogen houdt een vof direct op te bestaan. Er blijft enige onzekerheid bij grensgevallen met kleine saldi of onduidelijke vereffeningsmomenten, maar de hoofdlijn is helder. Aan niet meer bestaande entiteiten kunnen geen nieuwe verplichtingen worden opgelegd.

Bron: Gerechtshof 's-Hertogenbosch | jurisprudentie | ECLI:NL:GHSHE:2025:2708 | 01-10-2025

Terug

© CAS Hoorn